Lieve mensen,
hoe vaak wordt er nog gebeden in ons dagelijks leven? Is er nog het ochtendgebed of avondgebed, of iets wat wij gezamenlijk bidden? Onlangs hoorde ik nog van iemand dat zij nog altijd ’s avonds het avondgebed bad, dat zij toen haar man nog leefde, altijd samen hadden gedaan. Hoe vaak bidden we nog voor of na het eten? Elke keer wanneer wij oppassen op de kleinkinderen, dan wordt er keurig aan tafel gebeden. Ik denk dat dit in de meeste gezinnen niet meer gebeurt, men is te druk, het is vanzelfsprekend dat je brood op tafel hebt, je hoeft er niet voor te danken. Je koelkast puilt immers uit van de grote voorraad voedsel en anders is er in de winkel nog genoeg. Hoewel, in deze tijd van crisis kan het voor de minder bedeelden wel spannend worden wat ze op tafel kunnen zetten. Maar ook wat er gebeurt in onze wereld kan aanleiding zijn tot gebed, of gebed tot dankbaarheid dat wij hier op deze plek leven.

In de eerste lezing hoorden we dat Mozes op een heuvel tot God bidt om hulp in de strijd van de Israëlieten tegen Amalek en zijn leger van plunderaars. Zolang hij met opgeheven armen bidt, zijn de Israëlieten aan de winnende hand, maar laat hij zijn armen zakken, dan wint Amalek. Dat lijkt merkwaardig, maar is het niet. Je weet dat ‘je armen laten zakken’ betekent dat je iets opgeeft. Mozes heeft het dus opgegeven te bidden omdat hij ziet dat de Israëlieten niet bestand zijn tegen Amalek. Dat is voor hem het bewijs dat God zijn gebed niet verhoort. Maar Aäron en Chur, die mee met hem de heuvel zijn opgegaan, geloven wél in Gods hulp, en ze zetten hem aan niet op te houden met bidden. ‘Ze ondersteunen zijn armen, elk aan een kant’, hoorden we in de lezing, en dat betekent dat ze samen bidden. En als ze dat doen, zijn de Israëlieten wél aan de winnende hand.

De kracht van het bidden is de boodschap van vandaag. In het evangelie hoorden we dat Jezus ‘in een gelijkenis aan zijn leerlingen leerde dat zij steeds moesten bidden, en dat ze dat niet mochten opgeven.’ Die boodschap is ook tot ons gericht. Maar wie houdt ons dat vandaag voor? En wie leert ons bidden? En waar en wanneer kunnen we samen bidden? Of geven ook wij het op? Laten ook wij de armen zakken?

En waar en wanneer kunnen we samen bidden? Misschien is het dus niet verwonderlijk dat velen, net als Mozes, de armen laten zakken. Dat ze dus niet meer naar de weekendviering komen en dat ze het opgeven te bidden. Misschien geven ook wij het soms op, omdat we, net als Mozes, de indruk hebben dat God toch niet naar ons luistert. Dat Hij ons in de steek laat. Dat we niet krijgen wat we vragen.
Daar brengt Jezus tegen in dat we nooit mogen opgeven te bidden. Want zijn Vader in de hemel luistert wél naar ons. Maar dat betekent niet dat Hij ons altijd geeft wat we vragen. Immers, Hij ziet ons leven veel breder dan wijzelf. Ons leven is immers meer dan genezen van een ziekte, of geluk hebben in wat we ondernemen. Het is ook houden van, danken, helpen, begrijpen, vergeven en zoveel meer.

Maar we moeten blijven volhouden, ook al zien we niet meteen resultaat. Het gebed kan niet altijd meteen de situatie veranderen, maar het kan wel degene die bidt veranderen, je kan anders in de situatie te komen staan. Daarom is het belangrijk dat we nooit opgeven. Gebed kan ons nieuwe kracht geven in een onoplosbare situatie, in een hopeloze toestand. En heel belangrijk is dat je het samen doet, net als Mozes, Aaron en Hur. Je moet elkaars armen daarbij ondersteunen.
Bidden kun je op de fiets, of in de keuken, ja, zelf in de kroeg, want bidden doe je met je hoofd, je hart en je handen. Het is net zo breed als het leven zelf is.

Lieve mensen,
Laten we bidden dat Jezus, dat God ons de kracht schenkt om nooit op te geven, nooit de armen te laten zakken. Laten wij bidden dat Hij ons daarin bijstaat. Amen.

Lattrop, 15 oktober 2022, Pastor Jan Kerkhof Jonkman