Lieve mensen,
Zonder veel knal en vuurwerk zijn we bijna geruisloos het Nieuwe jaar binnengegleden. Een jaar waarin nieuwe uitdagen op ons wachten, een jaar waarin wij in staat worden gesteld een nieuw begin te maken met ons persoonlijk leven, met onze samenleving, met onze aarde, ons opnieuw kunnen gaan verhouden tot het milieu waarin wij leven. 365 dagen om te werken aan vrede. Een jaar dat naar wij hopen beter zal worden dan het afgelopen jaar, dat beheerst werd door corona, vertrouwenscrises in de overheid, spanningen in de samenleving en onvrede in vele mensenharten. Vandaag stelt ons de kerk Maria als voorbeeld om vertrouw vol het nieuwe jaar tegemoet te gaan.
Wat zouden wij, ruim 2000 jaar nadat zij op aarde leefde, nog van haar kunnen leren? Een vrouw als jong meisje zwanger werd, geen raad wist met hetgeen haar overkwam, maar die desondanks “ja” zei op de boodschap dat zij moeder zou worden van Gods Zoon, de Redder van de wereld. Ja zeggen tegen het nieuwe leven, vertrouwen op God dat Hij haar zal helpen om haar taak te kunnen volbrengen. Een vrouw die niet veel woorden gebruikte, maar al haar zorgen in stilte bewaarde in haar hart. Herkennen wij daarin misschien ook niet onze eigen moeders, die in een heel andere tijd, steeds weer “ja “zegden bij een nieuwe zwangerschap, terwijl ze soms niet wisten hoe ze alle kindermonden moest voeden en zich zorgen maakte over wat er van dit zoveelste nieuwe kind dat zich had aangekondigd zou moeten worden?
En wat mogen we blij zijn, dat onze moeders, n een feest et als Maria, Ja zeiden tegen de komst van ons, want anders zouden we niet hebben bestaan.
Lieve mensen, dat willen we ook vandaag , op de eerste dag van het nieuwe jaar vieren, dat het moederschap van Maria tegelijk een feest is voor alle moeders die een kind, een nieuwe belofte in zich dragen, waar ook ter wereld. Een feest van dank om het leven, dank om de liefde en de zorg die zij ons hebben gegeven, dank om ons bestaan. Niemand weet welke plannen God heeft met een mensenkind, dat kon de jonge Maria niet bevroeden, dat kan geen van de zwangere vrouwen bevroeden. We mogen de komst van het nieuwe leven ervaren als zegen van God. Dat ervaarde Maria in haar stille gedachten.
Net als Maria mogen ook wij hopen dat God bijzondere plannen heeft met elk nieuw mensenkind, dat het mag leven vanuit Zijn genade en met de talenten die het heeft meegekregen een bijdrage mag leveren aan een nieuwe wereld, een wereld waarin er geen onderscheid is tussen arm en rijk, huidskleur, een wereld waarin mensen er voor elkaar zijn, waarin de één niet heerst over de ander of gebruikt wordt voor zijn eigen genot en doelen, maar elk mensenleven gerespecteerd wordt en de waardigheid toegekend krijgt die hij/zij verdient. Dat we zo meewerken aan een wereld waar God van droomde en die Jezus ons heeft voorgeleefd.
De herders in het kerstverhaal, zo staat er, “keerden, nadat zij het pasgeboren kind hadden bezocht, terug “ verheerlijkten en loofde God om alles wat zij gezien en gehoord hadden. De glans van het gelaat van dit kwetsbaar mensenkind had op hen diepe indruk gemaakt en ervaarden ze als een Godswonder. Het stralende gelaat van dit kind veranderde hun leven van binnenuit.
Maar hoe zit dat met ons. Hebben wij ons ook laten raken door het Kind van Bethlehem dat doortrokken was met een goddelijke glans? Heeft ons dat ook diep van binnen geraakt, of hebben we ons verloren in een gezellig samenzijn met familie en ons daarbij bijna verslikt in een overdadig gedekte tafel?
Elke dag opnieuw krijgen we de kans om te leven met het gelaat van het unieke mensenkind, Jezus, waarin God zijn gelaat aan ons toonde, het kind dat uit Maria geboren werd. Het Kind waarin God ’s liefde ons toescheen. Het gelaat van liefde, vrede, zorg en barmhartigheid.
Lieve mensen, mogen ook wij het komend jaar Gods zegen vragen over ons, opdat wij als unieke mensenkinderen, dragers kunnen zijn van Zijn goddelijk gelaat, tot vrede en welzijn van onze samenleving, ons land en de wereld. Amen

Ootmarsum 1 januari 2022,

Pastor Jan Kerkhof Jonkman