God van vrede,
De telefoon werd niet meer opgenomen,
de verbinding werd verbroken.
Twee buren zijn in oorlog.
En waarom?
De redelijkheid van diplomatie,
de wil om elkaar te leren begrijpen,
de harde woorden om niet te ver te gaan van beide kanten,
ze maken plaats voor de taal van staal:
tanks en raketten op plaatsen waar het gisteren nog vrede was.
We hadden het ergens verwacht en ergens ook niet,
want zijn dit niet beelden uit het verleden?
Beelden die we in zwart-wit kennen uit een koude oorlog?
Was het nog voorstelbaar dat iemand
alle waarheid naar zijn hand zet
en doet, wat zoveel geweldenaars vóór hem deden?
We zien het nu gebeuren, erger dan erg.
Niet binnen de grens die er eigenlijk al was,
niet binnen de grens die aangekondigd was,
maar in het hele land om buren te verlammen.
We bidden, God, om vrede.
We bidden voor de kinderen die gisteren nog buiten speelden,
de mannen en vrouwen die gisteren nog naar hun werk gingen,
hun boodschappen deden, hun leven leefden.
We bidden in de schijnbaar onvermijdelijke confrontatie
voor slachtoffers die zullen vallen, nabestaanden die troost zullen nodig hebben.
Maar bovenal, God, bidden wij u om inkeer,
dat dit geen weg naar vrede is,
dat buren elkaar nodig hebben,
dat de vrijheid van de één slechts bestaan kan
als de ander ook vrij is.
Geef moed de weg van vrede te gaan,
aan iedereen die iets kan doen.
En laat ons vertrouwen op uw vrede, die komt.
Geef vrede, Heer, geef vrede.
Amen